Nog is Middelburg niet verloren
Nadat Middelburg 1 vorig seizoen uit de vierde klasse degradeerde, wist het zich opmerkelijk goed staande te houden in de vijfde klasse. Sterker nog, na vier van de zes ronden stond het aan kop in de poule, met één matchpunt meer dan de nummer twee, De Baronie. Onze schaakvrienden uit Souburg waren ook gedegradeerd uit de vierde klasse, maar zij stonden er bij het ingaan van de vijfde ronde veel minder goed voor: zesde van de zeven, en op het eind degradeert de nummer zeven. De Walcherse derby beloofde dan ook spannend te worden: bij winst voor Middelburg lonkte promotie en een schaakklok, bij winst voor Souburg zou het degradatiegevaar vrijwel zeker zijn afgewend.
Souburg kwam dan ook heel sterk opzetten, en Merijn ‘meesterbrein’ van Broekhoven had ook nog een tactische opstelling uitgedokterd. Zo kon het gebeuren dat ik het op bord 7 mocht opnemen tegen Albert Vermue, die doorgaans toch op een hoger bord speelt. De vorige keer dat ik tegen hem speelde, ook in de KNSB-competitie, blunderde ik al snel verschrikkelijk. Dit keer had ik wat bijgeleerd over de Spaanse opening, zodat het een stuk beter ging. Zo duurde het meer dan 10 zetten voor ik een kwaliteit weggaf, en ik kreeg uiteindelijk zoveel activiteit voor dat materiaal, dat je bijna van een offer in plaats van een blunder zou kunnen spreken.
Op de topborden hadden Kiarasch (tegen Bert Henderikse) en Paul (tegen Max Toetenel) netjes remise gehouden, Sjaak en Elano versloegen Merijn van Broekhoven en Jean-Pierre van Gemert, maar Harmen verloor in het eindspel van Martin Koolhoven. 3-2 voor Middelburg, dus, maar op de resterende borden zag het er niet zo gunstig uit. Raymond stond moeilijk tegen Eric van Driel, ik stond materiaal achter, dus er rustte een grote verantwoordelijkheid op de schouders van Annelies, die tegen Vincent Sleuyter speelde.
Het moet gezegd, ik had haar taak een stuk lichter kunnen maken als ik wat beter had opgelet. Ik kreeg twee kansen op groot voordeel, maar greep ze niet.
In de diagramstelling speelde ik Pxf3, waarmee ik een aanvaller tegen een verdediger ruilde. Veel beter was Dg7 geweest, met goede aanvalskansen.
Maar het kan nog gekker. Veel gekker. Ik bereikte ook nog onderstaande stelling:
Hier is Lxg2 verschrikkelijk sterk. Na Dxg2 volgt een damezet en staat de witte dame gepend, na Pg3 Lh3 staat het paard gepend… het speelt zich allemaal vanzelf. Ik vatte echter het onzalige plan op om Txg2 voor te bereiden, door mijn dame weg te zetten naar f7. Hierna kwam vernietigend Dh4!. Twee ongedekte lopers tegelijk aangevallen. Ik speelde nog wat zetten door in de ijdele hoop op eeuwig schaak, maar de partij was natuurlijk al voorbij.
In de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw was er een keeper, Bruce Grobbelaar, die bekend stond om zijn katachtige lenigheid maar ook om zijn soms gekke blunders, die hem in Nederland de bijnaam Grabbelaar opleverden. In 1994 werd hij beschuldigd van matchfixing: hij zou met opzet sommige ballen doorgelaten hebben. Bij het zien van deze blunder van mij kan men licht op het idee komen dat ik me heb laten omkopen door Souburg. Zulke beschuldigingen wijs ik met kracht van de hand.
Raymond moest berusten in verlies. Annelies vocht als een leeuw, maar zeker na een gemeen tussenschaakje waren haar kansen verkeken. Zo werd het 3-5. Souburg kan niet meer degraderen. Middelburg heeft nog altijd kansen om te promoveren. Als Souburg in de laatste ronde niet van De Baronie verliest, en wij winnen van De Zwarte Dame, worden we alsnog eerste. Ik hoop dan ook dat Souburg de volgende wedstrijd minstens net zo sterk opkomt als tegen ons. Rest mij nog om Souburg te bedanken voor de fles zeer goede whisky feliciteren met deze klinkende overwinning.
Arjan van Tuijl